Bijna een kwart van de Belgen (24%) is van plan om na corona minder met de wagen te rijden. Nog meer mensen (30%) hebben het fietsen (her)ontdekt en willen dat vaker doen in de toekomst. Dat blijkt uit een peiling van KBC, Het Laatste Nieuws en VTM Nieuws bij 2.048 Belgen. Hoe kunnen onze steden vermijden dat het bij goede intenties blijft? 🤔
Van droom naar daad
Het coronavirus doet burgers -noodgedwongen- stilstaan bij hun manier van leven. En het noopt hen tot gedragsverandering. Op die manier maakten de voorbije weken heel wat mensen voor het eerst in hun leven kennis met videoconferencing en telewerken. Anderen ontdekten dan weer dat veel autoverplaatsingen ook prima met de fiets konden gebeuren. 🚲
De wagen vaker laten staan, meer verplaatsingen met de fiets of te voet doen: het zijn plannen die de ondervraagde Belgen massaal aangaven te hebben. Toch weten we allemaal dat er tussen droom en daad wel eens wat hindernissen staan.
Denk maar aan: druk verkeer en slechte fietsinfrastructuur. Wat doen onze steden zoal fout? De Standaard onderzocht het aan de hand van videobeelden van de Nationalestraat in Antwerpen. Je zou voor minder afgeschrikt worden. 🤔
Het goede nieuws? Onze steden hebben de sleutel in handen om de burgers te ondersteunen in hun goede voornemens. 🙌
Het draagvlak is er: gebruik het!
Een autovrije zone in het centrum, de aanleg van nieuwe fietsinfrastructuur en gereglementeerde emissie-zones: is daar wel een draagvlak voor? Ja dus. Om een idee te krijgen van wat mogelijk is, volstaat het om naar Kopenhagen te kijken.
Daar is het fietsbeleid een integraal onderdeel van stedelijke planning en ontwerp geworden. In totaal zijn er in de Deense hoofdstad zo’n 400 km aan ‘bike lanes’, zeg maar: luxefietspaden. Mét resultaat: 62% van de pendelaars fietst. En de stad telt intussen 5 keer meer fietsen dan wagens.
Steun van de burgers krijgen, is goed. Maar hun engagement krijgen, is nog veel beter. Dat kan door hen te overtuigen om hun eigen privéwagen in te ruilen voor de fiets. Dat kan bijvoorbeeld door het elektrisch autodelen te promoten, zoals gemeente Bonheiden deed, korting te geven op busabonnementen, zoals Machelen of extra laadpalen te installeren, zoals Bilzen. Zo ontdekken burgers al gauw dat ze veel geld en tijd kunnen besparen.
Of de stad kan nog een stap verder gaan, door de gemeentelijke vloot buiten de kantooruren te delen. Een win-win: je bespaart kosten op relatief dure vlootwagens én bevordert duurzame mobiliteit door zelf het goede voorbeeld te geven. Dertig (!) steden doen dat al. Benieuwd hoe je eraan begint? Ontdek het in dit blogartikel.
Benieuwd wat je nog meer kan doen om de uitstoot in je stad (snel) te doen dalen? Ontdek het in dit vijf-stappenplan.
☀️FutureproofedCities maakt het eenvoudig om prioriteiten te stellen, te focussen en concrete klimaatmaatregelen te monitoren. Nog geen gebruiker? Download onze gratis toolgids om het platform te ontdekken.
Vond je dit artikel interessant? Schrijf je in voor een maandelijkse dosis inspiratie: